Het soort bedrijf dat je wil beginnen, bepaalt hoeveel geld je nodig hebt. Begin je een webwinkel, dan heb je geld nodig voor de bouw van de website en het achterliggende betaalgedeelte en voor de voorfinanciering van de collectie. Bij een schoonheidssalon zitten de aanloopkosten vooral in de inrichting van het pand. En bij een innovatieve start-up gaat de kost voor de baat uit en zijn de personeelskosten vaak hoog. Bij al deze bedrijven zijn de huur-, voorraad- en investeringskosten totaal verschillend. Dit leidt meteen naar punt 1:
1. Maak een ondernemingsplan
Een degelijk ondernemingsplan is een eerste vereiste om financieel realisme in te bouwen. In dit plan beschrijf je wat je gaat doen. De haalbaarheid hiervan leg je vast in een liquiditeitsbegroting. Hoe groot is de investering? Welk deel kun je met eigen geld financieren en hoeveel vreemd vermogen heef je nodig? Hoe en hoe snel denk je de investering terug te verdienen?
Tip! Vraag offertes op voor de bedrijfsmiddelen en de investerings- en verbouwingskosten die je verwacht. Voeg deze als bijlage toe aan het ondernemingsplan. Hiermee laat je potentiële financiers zien dat je begroting door meer is onderbouwd dan alleen maar aannames.
2. Toets de plannen aan de praktijk
Een ondernemingsplan is niet meer dan een scenario. Gebruik het plan de eerste jaren om te na te gaan of je bedrijf qua financiële doelstellingen op koers ligt. Waar wijken de cijfers af van de prognose? Hoe ontwikkelt de omzet zich? Naar welke diensten of producten is de vraag hoger dan verwacht en waar valt deze tegen? Ondernemen is een voortdurend leerproces.
3. Financiering zoeken
Het geld om je plannen te financieren komt uit twee bronnen: eigen vermogen en vreemd vermogen (banken, investeerders en externe financiers). Eigen vermogen is geld dat je zelf inbrengt en geld van uw familie, vrienden of de eenzame ‘fool’.
De meeste ondernemers kloppen bij de bank aan voor financiering. Daarnaast zijn er meer mogelijkheden om aan krediet te komen. Je kunt met je ondernemingsplan aankloppen bij Qredits voor een lening tot € 250.000. Qredits verstrekt het welbekende Microkrediet (t/m €50.000) én MKB-kredieten (€50.000 tot €250.000).
Elke ondernemer die een Microkrediet nodig heeft, kan bij Qredits terecht, zonder daarvoor eerst naar de bank te gaan. Alleen voor het MKB-krediet geldt dat je als ondernemer een doorverwijzing/afwijzing nodig hebt van de bank.
4. Crowdfunding
In toenemende mate zoeken ondernemers naar andere manieren om aan geld te komen, en crowdfunding lijkt de nieuwe weg naar makkelijk krediet. Niets is echter minder waar. Bij crowdfunding ga je voor de financiering van je plannen op zoek naar enthousiaste investeerders. Om je plannen daadwerkelijk van de grond te krijgen heb je echter massa nodig, ofwel een grote groep mensen die in uw plannen gelooft. Dat betekent dat je een goed verhaal nodig hebt; en veel energie in het verkopen van je verhaal moet steken. Lukt dat, dan heb je niet alleen financiers, maar ook ambassadeurs en (potentiële) klanten. Kortom, als je crowdfunding niet onderschat, levert het meer op dan financiering alleen.
5. Slim financieren
Bij een bedrijf starten denken veel ondernemers direct aan een lening of een ondernemingskrediet. Slim financieren betekent dat je nadenkt of je je bedrijfsmiddelen niet beter kunt huren of leasen. Hierdoor stijgen wel de maandelijkse vaste lasten. Boven alles moet je aan je maandelijkse verplichtingen kunnen voldoen, zowel privé als zakelijk. Bereken wat je privé maandelijks nodig hebt. Gebruik de goede maanden voor de opbouw van een buffer (een zwak punt bij veel zzp’ers!).